‘Mindfulness is hot, religie is uit. Nederlanders vallen massaal voor het boeddhisme light’,
meent Floor. Terwijl zij nou juist zo warm wordt van al die religieuze
poespas! Missen wij nuchtere Hollanders iets, of is Floor gewoon zo
ouderwets?
~Floor van Orsouw / BodhiTv
Het weekend met de naam De zes loka's begon met
een gezongen gebed in het Tibetaans. Alle aanwezigen leken de woorden en
melodie te kennen of hadden een A4-tje met de tekst voor zich liggen.
Ik zat daar met lege handen en een leeg hoofd, of eerder een hoofd vol
paniekerige gedachten: 'Waar is een gebed in hemelsnaam voor nodig?',
'Waar gaat het over?', 'Hoe kan ik een gebed zingen als ik niet eens
weet wat het inhoudt, misschien zeg ik dingen waar ik niet achter sta en
gaat dit mijn leven beïnvloeden en heb ik daar geen enkele controle
meer over?' En de hamvraag: ''Ben ik in een sekte beland?''
Gelovige humanist
Bernard Faure, professor in
Japanse religie aan Columbia University, zou zeggen van niet. Devotie,
de toewijding aan een hogere macht of waarheid, is volgens deze
professor inherent aan een religieuze traditie. Iets wat ontbreekt in de
praktijken die wij in het westen graag zien als het 'echte boeddhisme',
zegt hij in zijn boek Unmasking Buddhism.
Rituelen zoals neerbuigen voor beelden en levende leraren in tempels
zijn leeg en zinloos, wanneer zij alleen zijn gericht op je eigen
welbevinden in het hier en nu. Volgens Faure is het grotere doel
verlichting bereiken om andere levende wezens te kunnen helpen. En juist
dat ontbreekt in mindfulnesstrainingen die zijn losgekoppeld van de
boeddhistische levensbeschouwing.
Maar hoe kwam ik als 'nuchtere en jonge Hollander' nu terecht bij zoiets
exotisch' als een workshop met de naam De zes loka's -- oftewel de zes
rijken van de cyclus van wedergeboorte in de klassieke boeddhistische
kosmologie, die je ook psychologisch kunt opvatten? Het kwam allemaal
door een interview dat ik had afgenomen met een christelijke jongen over
zijn godsbeeld. Het raakte me dat zijn geloof hem vertrouwen in
zichzelf en in het leven had gegeven: het soort vertrouwen dat ik op dat
moment mistte.
Na die ontmoeting besloot ik om naar een seminar
van de boeddhistische leraar Tenzin Wangyal Rinpoche te gaan. Sindsdien
heb ik regelmatig aan mijn omgeving te moeten uitleggen dat het om heel
'down to earth' en op westerse mensen afgestemde meditaties gaat.
Anders voelt het voor mij alsof ik zeg: 'Ik ga elke week naar de kerk'
en dat is een gewaagde uitspraak voor een 31-jarige en zeker voor iemand
die zich ook humanist noemt en aan een humanistische universiteit is
opgeleid.
Lees verder