Een universele dimensie voor spirituele oefening
~Llewellyn Vaughan-Lee
Onze individuele reis is onderdeel van de reis van de wereld. Dit ontkennen betekent leven binnen de sluier van de afscheiding. Een simpel besef van eenheid verenigt ons met heel het leven, met ieder steen, met ieder insect, met ieder limonadeblikje, verkreukeld tot afval. We zijn het leven zelf, ademend, lijdend en zich verheugend. We zijn de pijn van de zieke en de lach van het kind. We zijn niet beter en niet slechter dan welk deeltje in de schepping dan ook. Ons verlangen naar de bron, ons zoeklicht naar het goddelijke is het verlangen van het leven, de zoektocht van het leven. We moeten onze reis teruggeven aan het leven en de eenheid erkennen die alles verenigt. Er is niets gescheiden. Alles is Hij.
Deze stap zetten betekent veel van onze spirituele verwachtingen vaarwel zeggen. Hoe vaal hoopten we niet dat onze reis ons zou bevrijden van de moeilijkheden in het leven, hoopten dat we iemand speciaal waren, anders waren dan het gewone, ‘verlicht’ worden? Het ego tracht alles voor zichzelf te claimen, verandert zelfs het verlangen van de ziel naar de Waarheid in een andere illusie. Hebben we de moed om deze illusies, onze dromen op te geven, en de arena van echte spirituele dienstbaarheid binnen te gaan? Kunnen we deze verleidelijke maar beperkte verbeelde spiritualiteit achter ons laten en het echte onbekende omarmen? Durven we het aan te zien wat leven en liefde echt van ons willen, de kwetsbaarheid en de totale deelname van nodig zijn?