Posts tonen met het label Inspiratie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Inspiratie. Alle posts tonen

Kies voor de innerlijke mens

Bij de kleinste ego-activiteit neemt de hel het over. 
Boos, pissig, agressief, grote afkeer. 
‘Negatieve ikken’ liggen te wachten. 
Het lijkt lekker om erin mee te gaan. 

Ik ben niet wakker. Meteen een overval. 
Weer gemanipuleerd. Het is een bezetenheid. 

De ruimte wordt leeggeroofd. 
Vol gepropt met negatief gedoe. 

Muren opbouwen. Zelfvoldaan zijn. 
Onware nestgeuren. Ik blijf mij afkeren. 

Neem je verantwoordelijkheid. 
Het is voor mij niet meer vrijblijvend. 
Het vuur van boosheid en lust is een uitslaande brand. 
De samentrekking van de afkeer en hebzucht is vernietigend. 

Proef de vieze smaak. 
Kies voor de innerlijke mens. 

Zet de wachter op zijn post. 
Blijf oefenen in waakzaamheid. 
Je bewuste leven hangt ervan af.

In de stilte

Blijf in het ritme van de adem en wees stil. 

Stil worden betekent bewust worden van de onrust. 
De stilte geeft ruimte aan angst, pijn en eenzaamheid. 
Chaos in het hoofd. Verkramping in het hart. 
De onrust toelaten. Er niet in meegaan. 

Blijf in het ritme van de adem en doe niets. 

Als we in de stilte verblijven kunnen we ontdekken dat de stilte leeft. 
Een vogel fluit. Het ruisen van de wind.  
Hoor de beweging van de adem. Luister naar de innerlijke stem.  

In het ritme van de adem, wakker zijn. 

We gaan naar de diepte, naar het hart van de stilte, en 
komen meer en meer los van de gehechtheid aan het leven 
en ervaren tegelijkertijd de volheid van dat wat verschijnt. 

De stilte is de poort naar de directe levende ervaring. 

In het ritme van de adem, heel gemaakt. 
Luisterend naar de diepe stilte stroomt het ritme van de liefde door mij heen. 
Het heilige ritme van de melodie van het gras verschijnt als een ledig gemoed, 
aan niets gebonden, door niets vertroebeld, geopend voor het wonder.

Meditatie

Zodra we aangeraakt zijn en de eerste stap op de spirituele weg zetten, vormt meditatie de centrale oefening. Meditatie betekent ‘aandacht’ en ‘aanwezig zijn’. ‘Aandacht’ maakt ons ontvankelijk. Door aandachtig te zijn worden we bewust van wat er in ons leven gebeurt. We ontdekken hoe automatisch we leven en afgeleid worden. We beseffen hoe gedachten en gevoelens ons leven beheersen. We worden geleefd. Zie hoe dit werkt, elke dag opnieuw. Zie werkelijk wie we zijn en hoe we handelen. Tegelijkertijd dienen we deze bewuste ervaring in evenwicht te brengen. Dit noemen we ‘aanwezig zijn’. ‘Aanwezig zijn’ betekent leren in ons lichaam te wonen en je echt thuis voelen; de wereld ervaren, in het ‘hier en nu’, zonder dat we meegesleurd worden. We blijven in onze eigen kracht: een ervaring van geworteld zijn, een gevoel van stabiliteit en niet meer in bezit genomen door de constante stroom van denken en voelen. We leren onze krampachtige houding van vastgrijpen en vasthouden los te laten en oefenen in non-identificatie: we raken niet meer geïdentificeerd met onze egocentrische levenshouding en de zuigkracht van de wereld.

Vanuit de basishouding van ‘aandacht en aanwezig zijn’ kunnen we stap voor stap de meditatie verdiepen. We openen onze aandacht en bemerken meer en meer dat ons lichaam als een ruimte verschijnt. We ervaren een open doorschijnende ruimte, niet meer vastzittend in een egocentrisch beeld van onszelf en ons lichaam. We zijn open en ontvankelijk naar de wereld en tegelijkertijd aanwezig in de kracht van de ruimte-die-we-zijn. Vervolgens blijkt dat deze ruimte een middelpunt heeft, het mystieke hart, het centrum van ons wezen. Het mystieke hart vormt de innerlijke woonplaats van de ziel.

Door steeds vanuit het mystieke hart aandachtig te zijn, kunnen werkelijk de ziel tot ontplooiing brengen en ons meer en meer laten inspireren door de goddelijke tegenwoordigheid, de eeuwige bron van liefde, compassie en wijsheid.

Kees Voorhoeve

Lees meer: Stadia van Regeneratie

Wat heeft de Boeddha ontdekt?

In zijn boek "Zonder Gruis geen Parels" vertelt David Brazier wat de essentie is van wat de Boeddha ontdekt heeft. De Boeddha leefde in zijn jonge jaren in een rijke familie. Hij werd opgevoed in een beschermde omgeving met veel welvaart en weelde. Hij was volgens zijn vader bestemd een groot staatsman te worden.

Toen de Boeddha op een dag zich in de buitenwereld onder de mensen bevond, werd hij geconfronteerd met een aantal zaken die hem diep raakte. Hij kwam mensen tegen die ziek waren en een hoge ouderdom bereikt hadden en hij kwam een gezin tegen waar een dierbare was overleden.

Deze principes van ziekte, ouderdom en dood brachten hem in verwarring. Wat is de zin van het leven als mensen ziek worden en lijden. Waarom worden we oud en zal iedereen sterven? Wat is daarvan de bedoeling? Deze vragen waren voor de Boeddha dusdanig indringend dat hij besloot op zoek te gaan naar antwoorden. Hij verliet het ouderlijke huis en trok de wereld in op zoek naar leraren en gidsen die hem een antwoord konden geven op zijn levensvraag.

In zijn omzwervingen heeft de Boeddha allerlei methoden uitgeprobeerd. Hij heeft enkele jaren in ascese terugtrokken in het woud geleefd van regenwater en een hand vol rijst. Uiteindelijk kwam de Boeddha tot de conclusie dat deze vorm van zelfontkenning niet de weg was. Hij besloot onder een boom te gaan zitten en wilde niet eerder opstaan voordat hij de zin van het leven ontdekt had. Hij ging in diepe meditatie en zijn geest werd wakker. Hij ontdekte de heldere oorspronkelijke staat van 'zijn', de ware natuur van de mens, de Boeddha-natuur. Deze verlichte ervaring ging gepaard met een groot inzicht. De Boeddha heeft dit inzicht samengevat in de vier edele waarheden.

Vergankelijkheid

We zoeken naar bevrijding en luisteren naar inspirerende woorden van spirituele wegen, maar blijven ondertussen aan het leven gehecht. Wij blijven een diepgeworteld gevoel houden dat wij een persoonlijke afzonderlijke identiteit bezitten. Een soort substantie die we ‘ik’ noemen. Door de aanwezigheid van dit ik-besef negeren we de vergankelijkheid van het leven. Wij willen dat het leven doorgaat en liefst zo lang mogelijk. We bouwen kost wat kost een schijnwereld van zekerheid. We benaderen het leven vanuit onze eigen belangen. We beleven de persoonlijkheid niet meer als een masker waarachter onze spirituele essentie schuilgaat, maar wij zijn het masker zelf geworden.

De vergankelijkheid confronteert ons met onze vastgeroeste houding. Wij hebben een muur om ons heen gebouwd waar bezieling zich niet meer kan tonen. We hebben de ik-beleving verabsoluteerd. Dit materialistische perspectief werkt als een vicieuze cirkel. Alle energie gaat naar ons ik-besef en zorgt er zodoende voor dat de ik-gerichtheid in stand blijft en vaak nog eens versterkt wordt. Door ons op deze schijnwereld te fixeren, leven we in een bewustzijnsvernauwing. We zijn afwezig, niet wakker. We zijn niet tegenwoordig in onze levende ervaring. We ontkennen de universele wet van verandering en hebben daardoor geen bewust contact met de spirituele bron van het leven.

Regelmatig kunnen scheuren ontstaan in de schijnwereld van onze zekerheid. Op indringende momenten realiseren we dat doodgaan onvermijdelijk is omdat een dierbaar persoon overlijdt of dat we ons leven niet kunnen beheersen vanwege een conflict, ongeluk of ziekte. Dan blijkt dat de vergankelijkheid onlosmakelijk met het leven verbonden is.

Kees Voorhoeve

Uit: Vergankelijkheid

Aanvaarden

We kunnen onheilzame geestestoestanden zoals haat, angst en zinsbegoocheling omvormen tot opmerkzaamheid, mededogen en liefdevolle vriendelijkheid.

De basisinstructie is het ontwikkelen van een ‘zachte en ruime’ geest en steeds opmerkzaam zijn bij wat zich voordoet zonder meteen te oordelen. Het is een fundamentele aanvaarding van het leven zoals het is, waardoor we ‘vrij’ kunnen zijn.

Joseph Goldstein schrijft hierover het volgende:

‘In de meditatietaal spreken we vaak over het laten varen van de dingen, het loslaten van gedachten, emoties of pijn. Soms is dat niet de exacte juiste uitdrukking omdat loslaten suggereert dat je iets moet doen. Beter zou zijn om te zeggen ‘Laat het voor wat het is’ Alles komt en gaat vanzelf. We hoeven niets te doen om dingen te laten komen of om ze te laten verdwijnen of om ze los te laten. We hoeven alleen maar te laten zijn. Om alles te kunnen laten zijn moeten we een moeilijke maar wezenlijke les leren wat betreft de meditatie en tevens wat betreft alle aspecten van ons leven. Het hebben van prettige gevoelens en het vermijden van onprettige gevoelens is niet het doel van de meditatiebeoefening. Het doel van de beoefening van opmerkzaamheid is vrijheid.’

Het is inderdaad een wezenlijke les om alle aspecten in ons leven in eerste instantie te aanvaarden, zonder meteen te oordelen of er in meegesleurd te worden. Maar tegelijkertijd is het een moeilijke opgave om ook het onprettige, vervelende en zelfs hartverscheurende lijden in onszelf toe te laten. Deze open houding is echter wel de voorwaarde om los te laten. Het gaat om in contact te zijn met wat er gebeurt. Het is een proces van helemaal toelaten, een radicale acceptatie van je eigen ervaring. Pas dan kan er ruimte ontstaan en kunnen we dat wat verschijnt ook weer laten voor wat het is.

~Kees Voorhoeve

Uit: Vipassana

De ene zitplaats

Uit Boekrecensie: Na het feest komt de afwas / Jack Kornfield 

Door Kees Voorhoeve

Naast 'aandachtig zijn' legt Jack Kornfield in zijn boeken veel nadruk op de oefening van stabiliseren en evenwicht. Hij noemt het de 'ene zitplaats innemen'. Het gaat eerst om de juiste weg te kiezen. We zoeken naar wat bij ons past. Dat we verschillende wegen uitproberen en daarmee experimenteren vormt een prima begin van de weg. Maar willen we tot verdieping komen, dienen we één weg te kiezen en daarin te volharden, vastbesloten door te zetten en niet meer bij confrontatie of twijfel weg te vluchten en weer een andere weg te kiezen. Maar de essentie van de ene zitplaats is werkelijk in stilte met veel geduld te zitten en alles wat in onze ruimte verschijnt onder ogen durven te zien.

Jack Kornfield verwijst naar het verhaal van de Boeddha, die uiteindelijk na een intensieve ontdekkingsreis onder een boom ging zitten in diepe meditatie met een stabiele houding zittend als een berg. De Boeddha zat geworteld op de aarde en toen verscheen Mara, de boeddhistische duivel van de verleiding. De Boeddha keek met open ogen, vol van spirituele moed, naar de begeerte, haat en angst die Mara naar voren bracht. De Boeddha kon echter alles wat Mara uitprobeerde om hem van slag te brengen weerstaan. Hij brulde als een leeuw en Mara verdween.

Meditatie betekent dus de confrontatie met het leven en onszelf aangaan. Vanuit de ene zitplaats gaan we door de poort van het lijden. We ervaren pijn, verdriet en tegenslagen. Zie het, laat het toe, maar ga er niet in mee. We zijn geopend naar alles wat verschijnt ook naar de donkere kanten van de persoonlijkheid. Kijk er met veel compassie naar. Tegelijkertijd dienen we grenzen te stellen aan de chaos en niet mee te gaan met alle sensaties en prikkels van het drukke leven, kortom fundamenteel aanwezig zijn vanuit die ene zitplaats. Jack Kornfield omschrijft de 'ene zitplaats' als volgt:

"Als we genoegen nemen met een beetje oefenen volgens de ene traditie, en nog een beetje van een andere en nog een andere, zal het werk dat we hebben gedaan meestal niet accumuleren als we op de volgende oefenmethode overgaan. Het komt overeen met het graven van allerlei ondiepe kuilen, in plaats van een diepe put. Dit van de hak op te tak springen leidt ertoe dat we nooit genoodzaakt zijn onze eigen verveling, ongeduld en angsten onder ogen te zien. Zo worden we nooit met onszelf geconfronteerd. Dus moeten we een in de tijd beproefde methode met voldoende diepgang kiezen, een methode die ons hart aanspreekt. En vervolgens dienen we het vaste besluit te nemen om in die methode te volharden gedurende alle tijd die nodig is om onszelf te transformeren. Dit is het uiterlijke besluit van de ene zitplaats. Als we deze uiterlijke keus hebben gedaan uit de vele beschikbare wegen naar de top, en een begin hebben gemaakt met systematische oefenen, ontdekken we vaak dat we van binnenuit worden overvallen door allerlei vormen van twijfel en angst; allemaal gevoelens die we nooit bewust hebben durven ervaren. Uiteindelijk zal alle ingedamde pijn van een mensenleven buiten zijn oevers treden. Als we eenmaal een oefenmethode hebben gekozen, zullen we de moed en de vastberadenheid moeten opbrengen om er trouw in te volharden, ondanks al onze problemen. Dit is het innerlijke aspect van het innemen van de ene zitplaats."

Lees meer

Loslaten

Het is belangrijk te beseffen dat de strijd tussen loslaten en vastgrijpen een centraal onderdeel is van de meditatietraining. Iedere keer als we ons open stellen en een drempel overgaan, komen we weer een nieuwe drempel tegen. Het is te vergelijken met het afpellen van een ui. Willen we doorgaan tot de kern dan zullen we vele lagen tegen komen. 

Het doorbreken of loslaten van deze lagen is in wezen een vreugdevol proces, want het licht breekt door, de spirituele zon begint te schijnen en onze ervaring wordt gevoed met vertrouwen, verzachting en warmte. Maar voor veel mensen blijkt echter het meditatieve loslaten een pijnlijk proces te zijn. Zodra we tegen een grens aanlopen, worden onze diepgewortelde patronen, gehechtheden en gewoontes zichtbaar. Dit brengt vaak een schok te weeg. We kunnen dan overdonderd worden door gevoelens van onmacht, zinloosheid, frustratie of depressie en proberen de boel krampachtig onder controle te houden.

Hoe is het mogelijk dat we ons zo vastzetten terwijl loslaten juist zoveel ontspanning en helderheid teweeg kan brengen? Want als we goed kijken, is alles wat ontstaat vergankelijk en zijn we helemaal niet instaat om permanent de zaken te controleren. Het heeft ook geen zin om het vast te houden, het leven verandert toch en het vasthouden levert alleen maar pijn op.

Inkeer van de Kluizenaar

Hoe kunnen alle patronen, negatieve emoties en verleidingen in de ruimte-die-ik-ben werkelijk getransformeerd worden? Het zal duidelijk zijn dat ik daar zelf niet toe in staat ben; wel kan ik de voorwaarde scheppen en steeds opnieuw proberen ruimte te zijn, geduldig te blijven en mij niet te identificeren.


Deze weg vraagt om overgave. Overgave betekent zo ontvankelijk worden en zo diep afstemmen dat de goddelijke inspiratie door mij heen kan gaan stromen, waardoor de onzuivere aspecten worden schoongespoeld.

Als ik in stilte de donkere en verborgen krachten leer kennen en het Goddelijke Licht er op schijnt, wordt de aantrekkingskracht van de identificaties en patronen doorbroken.




Ik besef dat ik niets zelf meer kan doen, alleen nog maar tot overgave komen. Ik bemerk dat ik niet de oorsprong ben van gedachten en gevoelens. Er wordt in mij gedacht en gevoeld.

Deze houding van overgave vraagt om werkelijke inkeer van de Kluizenaar. Achter de mantel van de Kluizenaar gaat de ziel schuil, verborgen aanwezig in stilte, in duisternis. Door inkeer en overgave kan de Heilige in ons gaan werken en kan de ziel zich manifesteren. De kracht en de aandacht die in de houding van overgave naar voren komen zijn niet van mij, maar van de Heilige die mij inspireert.

In gebed vraag ik om deze heilige kracht en aandacht en probeer alles wat er in het Vat verschijnt toe te laten en met de Heilige mee te werken. Stap voor stap kan de ziel wakker worden en gaan bloeien. Dan is er werkelijk ruimte, een ruimte die op niets is gericht. Er is een diepe levende stilte, er is rusten in het ‘zijn’.

~Kees Voorhoeve

Uit: De Kluizenaar

Aandachtig zijn

"Het is een groot voorrecht om in deze drukke maatschappij af en toe met je aandacht naar de adem terug te kunnen gaan. Op elk moment van de dag kun je je op je ademhaling richten waar je ook bent en wat je ook doet; niet alleen wanneer je in de meditatieruimte zit maar ook als je thuis of op kantoor aan het werk bent of als je in de auto of de bus zit. Er zijn allerlei oefeningen die je kunnen helpen om met je aandacht bij de adem te blijven en te verwijlen in het hier en nu ". 
~Thich Nhat Hanh

Of we nu afwassen, lopen, autorijden en koken, Thich Nhat Hanh ziet het leven als een kunstwerk. In de dagelijkse handelingen vrede, kalmte en openheid uitdrukken. Hij geeft verschillende voorbeelden vanuit het dagelijkse leven om terug te keren naar onze ware natuur, die open en helder is. Mediteren kan je eigenlijk overal, bijvoorbeeld tijdens de afwas:

"Je kunt volgens mij alleen maar denken dat afwassen niet leuk is als je er niet mee bezig bent. Als je eenmaal met opgestroopte mouwen en met je handen in het warme water bij de gootsteen staat, is het werkelijk heel prettig. Ik neem graag de tijd voor elk bord en ben me helemaal bewust van het bord, het water en mijn bewegingen. Als ik me ga haasten om eerder aan mijn toetje toe te komen, weet ik dat de tijd dat ik met de afwas bezig ben onplezierig zal zijn en niet de moeite waard om geleefd te worden. Dat zou jammer zijn, want elke minuut, elke seconde van het leven is een wonder. Elke gedachte en elke handeling waar we het zonlicht van ons bewustzijn op laten schijnen wordt heilig. Ik moet toegeven dat ik iets langer over de afwas doe, maar beleef elk moment ten volle en ik ben gelukkig. Afwassen zowel een middel als een doel in die zin dat we niet alleen afwassen om alles weer schoon te krijgen, maar ook om het afwassen zelf, om elk moment ten volle te beleven."
~Thich Nhat Hanh

Onthulling van de ziel

Het doorbreken van het dominante denken en het ervaren van de ruimte, zijn echter eerste stappen op weg naar de onthulling van de ziel. Verschillende beelden, veronderstellingen en oordelen, die we over andere mensen en gebeurtenissen hebben, zijn hardnekkig van aard en blijven steeds terug komen. Dat komt voornamelijk doordat we krampachtig blijven vasthouden ons ik-besef. Ook al kan ik mij openstellen voor de ander en ben ik bewust van het feit dat ik steeds allerlei concepten en begrippen op de ontmoeting projecteer, ik blijf gevangen in mijn eigen egocentrische levenshouding. Ik heb steeds de neiging mijzelf te zien als bron van het leven. Ik blijf op zoek naar de kern van geluk in mijzelf. Ik ben gericht op de ander en ik geef mijn mening en advies. Het ‘ik’ speelt hier dus steeds de grote rol. Als we niet in staat zijn deze egocentrische levenshouding los te laten en ons aan onze eigen zelfbeeld blijven vasthouden, leven we in een beperking of vernauwing. We worden dan steeds weer opnieuw geleefd door onze gedachten en gevoelens en zijn we afgeschermd van de levende ervaring.

Een derde stap binnen de fenomenologische methode is gericht om te proberen deze egocentrische neiging te neutraliseren. We dienen de ik-gerichtheid los te laten en werkelijk open te zijn voor de levende ervaring, zonder dat we meteen met van alles geïdentificeerd raken. Maar hoe doe je dat? Want als we zelf aan de slag gaan om ons ik-besef los te laten, is het net alsof we onszelf proberen aan de eigen haren uit het moeras trekken of dat we onszelf willen op te tillen. Dat lukt dus niet. Het gaat er nu om dat we werkelijk los laten zonder op onszelf gericht te zijn. Dit vraagt een houding van overgave:

Voel een ontspannen houding, ervaar de open doorschijnende ruimte-die-je-bent.
Stem je af op de stilte, de stilte die schuil gaat achter elk geluid. 

Het is een diepe levende stilte. 
Zodra je merkt dat je afgeleid wordt door allerlei gedachten, gevoelens of beelden, merk dit rustig op maar ga niet meedenken, meevoelen en meeverbeelden.
Laat alles gaan en ervaar weer de stilte. Helemaal stil zijn op niets gericht, een gevoel van overgave, zonder iets vast te grijpen, helemaal open en doorschijnend.
En dan …… word je aanwezig gesteld, word je geademd en word je gemaakt tot een levende ziel, voorbij het vastgrijpen aan jezelf.


~Kees Voorhoeve

Uit: Fenomenologie en Spiritualiteit

Aandacht bij de ervaring

Om een fenomenoloog te zijn en werkelijk te ontdekken hoe de levende ervaring zich kan tonen, is veel beoefening noodzakelijk. Onze natuurlijke houding is gericht op het nadenken over de werkelijkheid door er concepten en begrippen op te plakken. Dat is een functionele manier van denken. Als ik bijvoorbeeld de straat oversteek, ‘weet’ ik dat er een auto aankomt en ‘weet’ ik dat ik zal moeten wachten voor het rode stoplicht, alvorens over te steken. Zo hebben we over vele dingen, processen en mensen, functionele kennis die betekenis geeft. Maar als we onze ervaring goed observeren zien we dat er een enorme zuigkracht uitgaat van al die concepten en begrippen. We hebben de neiging om te veel na te denken over wat we meemaken en daardoor ervaren niet meer echt wat we werkelijk zien. In de meeste gevallen zien we de werkelijkheid niet zoals die is, maar ervaren we de werkelijkheid via het denken. Het gevaar is dat we dan in een schijnwereld leven zonder dat we meer contact maken met het leven zelf. Op deze wijze objectiveren we de werkelijkheid met behulp van ons referentiekader, in plaats van dat we direct in contact staan met de levende ervaring.

In de fenomenologie is het de bedoeling deze dominantie van denken te doorbreken. De methode is er op gericht om onze eigen ideeën steeds tussen haakjes zetten en niet meteen alles in ons eigen referentiekader in te passen. Kortom, we proberen bekende paradigma’s en veronderstellingen opzij te zetten en zo puur mogelijk te observeren en deel te nemen aan wat we ervaren.

Bij fenomenologische waarnemingsoefeningen leren we onderscheid te maken tussen "aandacht bij de ervaring" en "denken over de ervaring". We kunnen hierbij de geconditioneerdheid van ons denken losweken, zodat er binnen de ervaring verschillende perspectieven en onthullingen naar voren treden. Hierdoor ontstaat in de waarneming ruimte en kunnen we oefenen om zuiver aandachtig te zijn.

~Kees Voorhoeve

Uit: Fenomenologie en Spiritualiteit

Ontmoeting met de ander

Vaak als we iemand ontmoeten, hebben we meteen een beeld van deze persoon en geven we onbewust commentaar op wat we zien. Maar daardoor is de ontmoeting niet meer open en zuiver. We hebben een beeld van deze persoon maar ervaren niet meer hoe deze persoon werkelijk aan ons verschijnt. Het is beeld van de persoon is belangrijk omdat we iemand kunnen herkennen, maar de neiging ontstaat dit beeld te verabsoluteren en niet meer te ervaren hoe de ander verschijnt.

De volgende oefening is interessant om te proberen bewust te zijn van de beelden die we over andere mensen hanteren en ze vervolgens proberen los te laten:

Probeer in de ontmoeting met een persoon, die je vaak in het dagelijkse leven tegen komt, met aandacht naar hem of haar te kijken en te luisteren. Wordt bewust van je reacties en je innerlijk commentaar. Probeer deze reacties los te laten en weer opnieuw met aandacht te kijken en te luisteren zonder te oordelen.

We kunnen dit ook doen bij een persoon waar we juist moeite mee hebben of die we zelf als een vreemdeling of een vijand zien:

Neem een persoon in je gedachte waar je geïrriteerd door raakt of veel moeite mee hebt. Probeer je helemaal in te leven in de ander. Wordt bewust van je eigen reactie op wat je ervaart. Maak een onderscheid tussen de mens, zijn/haar gedrag en het beeld dat je van hem of haar hebt. Zie vervolgens de ander als gelijkwaardig.

Het is niet gemakkelijk om ons werkelijk open te stellen voor mensen waar we moeite mee hebben of die we als vreemdeling beschouwen. Henry Nouwen schrijft hierover in zijn boek ‘Open uw hart, de weg naar onszelf, de andere en God’:

Ook al worden veel, misschien wel de meeste vreemdelingen in deze wereld gemakkelijk het slachtoffer van onze angsten en vijandige gevoelens, toch kunnen mannen en vrouwen een open en gastvrije ruimte bieden waar de vreemdeling zijn anders-zijn kan afleggen en onze medemens kan worden. De weg van vijandschap naar gastvrijheid is een moeilijke weg vol hindernissen. Het is alsof onze maatschappij steeds meer bange, afwerende en agressieve mensen telt die zich angstig aan hun bezit vastklampen. Maar toch is onze opdracht de vijand tot gast te maken en de vrije ruimte te scheppen waar alle vrees is uitgebannen.

Willen we instaat zijn om werkelijk mensen te ontmoeten en een gastvrije ruimte te creëren, is het belangrijk om in eerste instantie ons dominante denken stap voor stap om te vormen. Het gaat er om dat de ander zich kan tonen zonder dat we meteen de ontmoeting dicht gooien door onze eigen beelden en ideeën op de ander te projecteren. De zoektocht naar zingeving vraagt om werkelijke openheid zodat we dieper kunnen kijken naar wat er echt toe doet.
 
~Kees Voorhoeve

Uit: Fenomenologie en Spiritualiteit